Door Gijs Boerwinkel
De kranten staan er bol van, de burgers vragen er steeds vaker om en de overheid moet er iets mee: verantwoord technologiebeleid. De vraag van de provincie Utrecht was nog een stap concreter: ‘Hoe bepalen we onze ruimte in dit nieuwe domein?’ Met deze opdracht gingen Waag en de provincie Utrecht naar de tekentafel en kwamen uit bij een programma met een keynote van Marleen Stikker gevolgd door een workshop voor politici, bestuurders en ambtenaren van de Provincie Utrecht. 4 December 2019 was het zover en startte de middag in een afgeladen Statenzaal in het provinciehuis te Utrecht.
Na een welkom van Anneke Knol, provinciesecretaris te Utrecht, en Rob van Muilekom, gedeputeerde van de Provincie, opende Marleen Stikker (directeur Waag) de middag met een betoog over het internet als publieke ruimte, met een grote noodzaak voor herwaardering en injectie van publieke waarden. ‘25 Jaar geleden spraken we over “de elektronische snelweg” en uitten we onze zorgen over wie er eigenaar wordt van digitale infrastructuur. Nu kijken we naar een digitaal domeinwaar Big Tech de dienst uitmaakt. En waar het menselijke geleidelijk uit verdwijnt. Shoshanna Zuboff noemt ons de karkassen die overblijven nadat we onze data hebben weggegeven aan alle ‘gratis’ diensten uit Silicon Valley.’ Een zorgwekkend en ongemakkelijk verhaal met een uitdagende boodschap voor de politici, bestuurders en ambtenaren in de zaal.
Stikker, die vorige week haar boek Het internet is stuk presenteerde, liet het echter niet bij deze boodschap. Zoals de ondertitel van boek luidt: ‘Maar we kunnen het repareren’. Stikker vervolgde haar betoog dan ook met een aantal richtingen voor oplossingen. ‘Investeer in de digitale commons, bouw als overheid eigen publieke alternatieven, ga echt interdisciplinair werken en verbied en beboet wat niet strookt met onze publieke waarden en grondwet.’
Genoeg stof tot nadenken voor de betrokken deelnemers. Het bleef echter niet bij gesproken woorden en stof tot nadenken. In het tweede deel van de middag werd de grote groep van zo’n 80 belangstellenden opgesplitst in kleinere werkgroepen om met de waarden van het TADA-manifest naar cases uit de Provincie Utrecht te gaan kijken. Aan de hand van een methode ontwikkeld door Waag, werd een ‘omgekeerde brainstorm’ gedaan. Eerst bedenk je hele slechte ideeën, om deze vervolgens om te draaien naar positieve actiepunten voor de Provincie. Het idee is dat deze vorm een creativiteit aanboort bij deelnemers die ze normaal gesproken niet zo snel gebruiken. O.a. de Snuffelfiets, de Wijk van de Toekomst en de energietransitie stonden in de centraal in de het workshopgedeelte. Om de paneldiscussie in het derde deel van de dag te voeden, schreven alle workshops hun actiepunt op een bord, om ze zichtbaar te maken waar de groepen op uitgekomen waren.
De actiepunten werden vervolgens in de Statenzaal gepresenteerd om de paneldiscussie te voeden. Na een constructief gesprek sloot Jan van Ginkel (Concerndirecteur/Loco-provinciesecretaris bij de Provincie Zuid-Holland) de dag af met de overtuigende woorden: ‘Digitale transformatie is keihard politiek.’ Daar is dus zeker ruimte voor het middenbestuur keuzes in te maken en beleid op te ontwikkelen. Robert Strijk, gedeputeerde voor de Provincie Utrecht, nam deze uitnodiging van harte aan. ‘De urgentie van het “kaalgeplukte karkas” is wel blijven hangen,’ zo gaf hij aan. Ook benadrukte hij dat het niet langer aan de techneuten kan worden overgelaten, maar dat hier in de volle breedte aandacht en expertise voor nodig is. ‘Al werkende gaan wij dit oppakken.’